De Europese Commissie heeft een wetsvoorstel gepubliceerd dat tegen 2030 een daling van de CO2-uitstoot van vrachtwagens voorziet. De constructeurs zijn niet bepaald in de wolken met dit voorstel… Het doel dat de Europese Commissie vooropstelt, omvat twee fases: de CO2-uitstoot moet tegen 2025 15% en tegen 2030 30% lager liggen dan het gemiddelde uitstootniveau van 2019 (dat is het eerste jaar waarin de constructeurs hun CO2-uitstoot moeten certificeren, nvdr). Volgens de experten van de Europese Commissie moet het mogelijk zijn de doelstelling van 2025 te halen met de technologie die op dit ogenblik beschikbaar is. Wat de doelstelling van 2030 betreft, zou de beschikbare technologie in 2022 opnieuw worden geëvalueerd, om zo het doel van 30% (naar boven toe) bij te stellen. Vrachtwagens van minder dan 7,5 ton en trucks die worden gebruikt in de bouwsector, bij de vuilnisophaling en bij andere specifieke sectoren, zouden nog tot 2022 van deze maatregel vrijgesteld blijven. Steun aan innovatie Naast die verplichte doelstellingen, stelt de Europese Commissie ook voor om die constructeurs financieel een duwtje in de rug te geven, die het meeste investeren in technologie die het verbruik van hun voertuigen laat dalen. Maar dat lijkt de constructeurs niet gerust te stellen. Via de ACEA laten ze weten te betreuren dat de Commissie dezelfde lineaire berekeningsmethode voor trucks als voor personenwagens en lichte bedrijfsvoertuigen hanteert, zonder hierbij rekening te houden met de grote variëteit aan uitvoeringen en gebruikscycli die zo typisch zijn voor vrachtwagens. Ook denkt de ACEA dat het vooropgestelde doel voor 2030 te hoog is gegrepen, zeker als je weet hoe lang het duurt om nieuwe en innovatieve technologieën te ontwikkelen. De milieuorganisatie T&E is dan weer opgetogen over het voorstel van de Commissie. Ze benadrukt dat de transporteurs met die vooropgestelde doelen op termijn jaarlijks 5000 euro per voertuig kunnen besparen.