Het is niet de overgangsperiode waarover Groot-Brittannië en Europa het eens zijn geworden die er veel aan zal veranderen: de Brexit vertegenwoordigt nog altijd een belangrijk probleem voor de economie van het wegtransport. Het hoofd van de belangrijkste Britse federatie van transporteurs bespreekt met ons enkele mogelijke oplossingen. Richard Burnett was in maart jongstleden, samen met vier Britse transporteurs, de eregenodigde op het jaarlijkse seminarie van de vereniging Road Spirit in Lanaken. Hij ging dieper in op de oorsprong van de Brexit, wat er op het spel staat voor de Britse transporteurs en hij probeert (zoals iedereen) de zaken niet al te zwart in te zien. No Way Back Truck & Business: Hoe was de concurrentiepositie van het Britse wegtransport voor het referendum over de Brexit? Richard Burnett: In enkele decennia is onze positie aanzienlijk achteruitgegaan. In 1979 was 79 % van de vrachtwagens die de oversteek maakten van Groot-Brittannië naar Europa nog ingeschreven in Groot-Brittannië. In 2004 was dat cijfer gedaald tot 24 % en vorig jaar was ons marktaandeel nog amper 14 %. Dat toont aan dat we niet langer kunnen strijden met gelijke wapens. In juni 2016, juist voor het referendum, ondervroegen we onze leden en 61 % er van wilden de Europese Unie verlaten. De belangrijkste reden was de oncontroleerbare cabotage. Maar een deel van de oudere leden rechtvaardigden hun keuze door de controles die Europa oplegt en die ervaren worden als niet overeenkomend met het imago dat ze zich vormden van de eenheidsmarkt vooraleer het land daarbij aansloot. Dat terzijde, het resultaat van de stemmen zou wellicht anders zijn indien we vandaag opnieuw mocht stemmen… T&B: Is een stap achteruit denkbaar? Richard Burnett: Nee. Wij zijn een zeer conformistisch volk. Het volk heeft gestemd en er heerst het algemene gevoel dat men aan de wens van het volk moet gehoor geven, ook al mondt dat uit in een catastrofe. Wat mij betreft, ben ik er van overtuigd dat de situatie uiteindelijk zal geregeld worden. Maar wanneer? Dat is een andere kwestie. T&B: Voor het referendum gingen er ook al stemmen op tegen het in dienst nemen van buitenlandse chauffeurs in Groot-Brittannië… Richard Burnett: We hebben een tekort van zo’n 55.000 chauffeurs, om dezelfde redenen als in Europa. Er waren ongeveer 60.000 buitenlandse chauffeurs tewerk gesteld in Groot-Brittannië en sinds de maand oktober van 2016 heeft een gedeelte daarvan het land al verlaten. De Brexit heeft het tekort aan chauffeurs in ons land dus nog erger gemaakt. Vandaag hebben we het laagste werkloosheidsniveau van de jongste 42 jaar! De jonge Britten willen echter geen vrachtwagen meer besturen. Het is dus een fout te denken dat de Brexit het probleem van de immigratie zal oplossen. Onze industrie heeft behoefte aan Europese chauffeurs! Files aan de grenzen vermijden T&B: Welke rol probeert de RHA in dat kader te spelen? Richard Burnett: Wij zijn er niet om te zeggen of we uit de Unie moeten stappen of niet. Onze rol is te benadrukken wat we zouden willen behouden voor het welzijn van de sector. Vandaar dat we vooral de terugkeer van de fysieke grenzen zouden willen vermijden. De douane heeft berekend dat zij zouden kunnen geconfronteerd worden met 200 miljoen extra aangiften per jaar indien er een harde Brexit komt. Dat zou een vertragingsgolf in gang zetten die alle bevoorradingsketens zou treffen. Indien we met het huidige verkeer op het Kanaal uitgaan van twee minuten extra controles per vrachtwagen dan ontstaat een file van 17 mijl in 24 uren. Voor de oplossing zouden we inspiratie kunnen opdoen uit wat er gebeurt tussen de Verenigde Staten en Canada. T&B: Wat zijn uw andere prioriteiten? Richard Burnett: Ik verwijs in dat verband naar de voorstellen die we gepubliceerd hebben in mei 2017. Wij stellen voor de uniformiteit van de regels met betrekking tot de voertuigen en de chauffeurs te behouden voor de Europese voertuigen die naar Groot-Brittannië komen en voor de Britse voertuigen die naar Europa reizen. Wij stellen tevens voor het huidige systeem van communautaire vergunningen te behouden, zoals dat in de praktijk gebeurt tussen de Unie en Zwitserland. Daarentegen moet cabotage uitgesloten worden van elk akkoord over het wegtransport. Er is tevens de kwestie van de vergunningen. We moeten vermijden terug te keren naar een situatie met het principe van de bilaterale ECMT vergunningen. Wij hebben er iets meer dan 12.000 en daarmee kunnen we slechts twee dagen toe. In afwachting van het afsluiten van een akkoord met Europa heeft onze regering een wetsvoorstel ingediend (Haulage Permits and Trailer Registration Bill, nvdr) dat dit probleem probeert te omzeilen. Maar de regering zegt ook dat als dit wetsvoorstel niet goedgekeurd wordt, de Europese transporteurs in feite vrije toegang krijgen tot Groot-Brittannië! Overgangsperiode T&B: Europa en Groot-Brittannië zijn het eens geworden over een overgangsperiode die zal duren tot eind 2020. Stelt u dat gerust? Richard Burnett: Dat geeft ons in ieder geval meer tijd om oplossingen te vinden en gedurende die tijd blijven we binnen de douane-unie. Maar zal die overgangsperiode lang genoeg zijn om, bijvoorbeeld, nieuwe geïnformatiseerde procedures in gang te zetten om een vlot passeren van de grenzen door vrachtwagens mogelijk te maken? Tijdens de informele gesrekken die volgden op de uiteenzetting van Richard Burnett werd de mogelijkheid geopperd van een eventuele verlenging van de overgangsperiode tot na 2021. Tijd voor het Britse volk om de politieke vertegenwoordigers een volledig ander mandaat te geven? Meer dan één Britse transporteur hoopt daarop…
“Wij zijn een zeer conformistisch volk. Het volk heeft gestemd en de stem van het volk moet uitgevoerd worden, ook al leidt dat tot een catastrofe.” (Richard Burnett)
De Brexit in cijfers
- 5 miljoen buitenlandse vrachtwagens komen jaarlijks naar Groot-Brittannië (2.6 miljoen begeleid, 1 miljoen niet begeleid)
- Dat cijfer neemt toe met 2 % per jaar
- De Britse douane verwacht er zich aan tot 200 miljoen extra aangiften te moeten verrichten
- 000 buitenlandse chauffeurs werken in Groot-Brittannië (10 % van de totale populatie)
- Er is een gebrek aan 55.000 chauffeurs in Groot-Brittannië