Tweedehands lichte bedrijfsvoertuigen staan onmiskenbaar in de belangstelling. Hun troeven? Hun prijs, onmiddellijke beschikbaarheid en hun aantrekkingskracht voor een breed publiek. Voordelen die nog versterkt worden door een steeds breder wordend palet van aankoopmogelijkheden en diensten. Nu rest er nog een evenwicht te vinden tussen het aanbod en de vraag.
De Belgische markt voor tweedehands lichte bedrijfsvoertuigen kent een constante groei sinds 2007. De inschrijvingscijfers van die lichte bedrijfsvoertuigen liggen de jongste jaren systematisch zo’n 20 % hoger dan die van nieuwe voertuigen. De goede gezondheid van de markt is zelfs merkbaar in 2020. Waar de inschrijvingen van nieuwe lichte bedrijfsvoertuigen gemiddeld met 13 % gedaald zijn tijdens de eerste elf maanden van het jaar, blijven die van de tweedehandsvoertuigen opnieuw een stijging tonen ten opzichte van het voorgaande jaar. Uiteraard zeer beperkt (+0,2 %), maar in ieder geval toch een vooruitgang.
“Terwijl de verkoop tijdens de eerste golf van de coronacrisis uitzonderlijk goed was, hebben we nu alle moeite om op het einde van het jaar nog tweedehands voertuigen te vinden,” zegt Pierre Leburton, bestuurder bij tweedehands-afdeling van IAS (Traxio) en zelf verkoper van tweedehands bedrijfsvoertuigen. ”Het aanbod slaagt er duidelijk niet in om tegemoet te komen aan de vraag. Dat houdt in dat de prijzen stijgen, terwijl sommige merken tegelijkertijd fenomenale kortingen geven op nieuwe voertuigen. Wanneer je ziet dat een bestelwagen van 40.000 EUR kan aangekocht worden voor 22.000 EUR en dat de banken gemakkelijker een lening toestaan, dan is het moeilijk om met tweedehandsvoertuigen competitief te zijn. Als we daarentegen onder de 10.000 EUR gaan, dan vinden we ons publiek, ook al vormen de emissienormen waaraan die voertuigen voldoen een extra probleem.”
De kracht van het Web
Wanneer we abstractie maken van deze turbulente periode die de kaarten ietwat anders verdeelt, dan ontbreekt het de occasiemarkt niet aan aantrekkingskracht. De voornaamste argumenten: de prijs en de onmiddellijke beschikbaarheid. Naast de specialisten in tweedehands is die evolutie ook de officiële netwerken niet ontgaan. Net als voor alle anderen is internet daarbij de voornaamste etalage. Alles is terug te vinden met enkele muisklikken. Zelfs de ‘nieuwe’ elektrische bestelwagens. Een voorbeeld? My Way, het tweedehands label van VW Commercial Vehicles, biedt een VW e-Crafter 2019 met 3048 km aan tegen 35.528 EUR zonder BTW (nieuwprijs: 53.990 EUR). Buiten een normale aankoop kan het voertuig ook aangekocht worden met een financiële renting, financiële leasing of via verhuur op lange termijn.
De Mercedes-Benz Certified portaalsite is zeer verhelderend op dat vlak. Hier is het mogelijk je keuze te maken in functie van de modellen, de koetswerkvarianten, de nuttige lading, de lengte, het motorvermogen, de versnellingsbak, de emissieklasse, de kleur en opties. Maar ook het jaar van inschrijving, de kilometerstand, een prijsindicatie en het uitzoeken welke voertuigen beschikbaar zijn bij de concessiehouders. Raphaël Pirmez, Managing Director van Mercedes-Benz G. Lambert&Co: “De toename van de vraag en de wil van ons merk om de aanwezigheid te accentueren op deze markt, zetten ons er toe aan om een ambitieuze stap te zetten met het oog op de hoogst mogelijke rotatiegraad. Hoe langer een tweedehands op onze parking staat, hoe meer hij aan waarde verliest. Goed aankopen is voor mij niet alleen een kwestie van geld, maar ook het voertuig vinden dat in de belangstelling staat van ons professioneel cliënteel. Zo zal ik gemakkelijker verleid worden door een Sprinter met een hydraulisch bediende kiepbak dan door een eenvoudige bestelwagen. We werken eraan om vanaf volgend jaar hetzelfde servicegamma te kunnen aanbieden voor onze tweedehandsvoertuigen als voor de nieuwe.”
De verhuurders mengen zich in de strijd
Naast de professionele tweedehandshandelaars en de netwerken van de merken, zijn nu ook de verhuurbedrijven van de partij. “Het komt voor dat we voertuigen binnenkrijgen waarvan het leasingcontract vroeger is afgelopen dan verwacht,” zegt Gerald Vanmaele, Marketing & Communications Manager bij J&T Autolease. “Omdat ze een te grote waarde behouden in onze boeken, zou een verkoop ons heel wat geld doen verliezen. Wanneer ze minder dan 3 jaar oud zijn, minder dan 60.000 km hebben en in goede staat zijn, dan bieden we ze aan voor een leasing van één of twee jaar. Dat functioneert uitzonderlijk goed bij bedrijven die snel moeten kunnen beschikken over een voertuig voor korte periodes. De vraag is er, het komt er alleen op aan om over voertuigen te beschikken om die vraag te voldoen…”
Deze aanpak is natuurlijk veel couranter voor personenwagens dan voor lichte bedrijfsvoertuigen, waar zich immers de vraag stelt of de uitrusting van het voertuig werkelijk beantwoordt aan de reële behoeften van de tweede koper. Bovendien blijft het hoofddoel van langetermijnverhuurders om contracten te verkopen voor nieuwe voertuigen. Toch hebben bepaalde spelers op de markt deze manier om tweedehands bedrijfsvoertuigen ter beschikking te stellen volledig in hun aanbod geïntegreerd.
“Een voertuig dat in onze vloot komt, heeft drie levens,” vertrouwt Cyriel Vrijders, commercieel directeur bij Fraikin, ons toe. “Het eerste begint wanneer het nieuwe voertuig zijn contract voor lange duur van 3 of 4 jaar start. Het tweede leven kan twee vormen aannemen. In functie van de staat waarin het bij ons terug keert kan het voertuig opgenomen worden in ons niet-contractueel park (NCP) om op korte termijn verhuurd te worden, of het kan opnieuw vertrekken voor een langetermijncontract waarvan de voorwaarden per geval vastgelegd worden in functie van een technische analyse van het voertuig, de kilometerstand, de leeftijd en de behoeften van de klant. Dat is voor ons een gelegenheid om direct voertuigen ter beschikking te stellen en ze bereikbaar te maken voor een publiek waarvan de kredietwaardigheid niet altijd optimaal is. Het laat toe de investeringen en de risico’s minimaal te houden in vergelijking met een nieuw voertuig. Tenslotte wordt het voertuig dan verkocht voor de export, zodat het zijn derde leven kan beginnen.”
Nog een element dat we niet uit het ook mogen verliezen: hoewel het in de eerste plaats de professionele aankoop van tweedehands lichte bedrijfsvoertuigen is die ons interesseert, betreft die markt een minderheid. Particulieren liggen immers aan de basis van twee inschrijvingen op drie (67 % in 2020), met de bedoeling om een gunstige aankoopprijs te kunnen combineren met een gunstige taxatie. Een regime dat binnenkort zou kunnen veranderen, wat een volledig omwenteling van de markt zou teweegbrengen.
