Chereau

Chereau: onafhankelijkheid geen belemmering voor innovatie

Sinds 2016 zijn de aandelen van Chereau, de Franse constructeur van koelopleggers, in handen van The Reefer Group. Deze holding heeft onlangs zelf een andere aandeelhouder gekregen en is nu eigendom van enkele Franse aandeelhouders. Deze veranderingen hebben geleid tot een nieuw businessplan met een looptijd van zes jaar. Hierin speelt innovatie een cruciale rol. 

De aandelen van The Reefer Group werden overgenomen door enkele Franse investeerders, met de steun van het management van Chereau en SOR Iberica. Binnen de context van een aantrekkende markt gaat Chereau dus duidelijk in de aanval. Na een bewogen 2020, getekend door een afslanking van het personeel, heeft de Franse voertuigenbouwer een honderdtal nieuwe medewerkers in dienst genomen. CEO Damien Destremau en zijn team kijken echter verder dan een opschaling van de productie als antwoord op een stijgende vraag: “In 2026 willen we onze productiecapaciteit opdrijven van 17 naar 21 voertuigen per dag. We gaan dit doen door organisch te groeien op de markt van koelopleggers, maar ook door nieuwe inspanningen op de markt van bakwagens van 7,5 ton 15 ton. Het is ook niet uitgesloten dat we kijken naar de markt van 3,5 ton, maar die beslissing is nog niet genomen,” zegt Destremau.

Nuttig laadvermogen en connectiviteit

Momenteel wordt 99% van de verkoop van opleggers gerealiseerd dankzij het Inogam Evo-model. Deze reeks wordt permanent geoptimaliseerd en de voorbije vijf jaar werd het tarragewicht met 430 kg verlaagd: het gebruik van een nieuw type staal leverde een winst op van 233 kg op het onderstel, 30 kg op de palettenkoffer en 196 kg op de frigokast zelf. Ondertussen vonden ook enkele praktische opties hun weg naar het grote publiek. Dat is onder andere het geval voor de Bumper C (90% van de productie) het AirShutter C luchtgordijn of de Aerotop C aerodynamische vinnen.

Momenteel is het Next-gamma het nieuwe topproduct. Dankzij deze geconnecteerde koeloplegger is het niet alleen mogelijk om vanop afstand een volledige diagnose uit te voeren op het voertuig, maar kan er ook gecommuniceerd worden met de trekker. Om ervoor te zorgen dat de data van de laadruimte zichtbaar worden op de boordcomputer van de trekker, moet er een ‘tussenstuk’ worden gemaakt tussen beide voertuigen. Momenteel hebben alleen Renault Trucks, Scania en Volvo Trucks al beslist om te investeren in dit type verbinding.

De kracht van het (lucht)ledige

In een volgende fase zal Chereau volop inzetten op de ontwikkeling van isolerende panelen voor de opbouw van de kastoplegger. Deze innovatie gaat door het leven onder de naam Performance. Na zeven jaren van research werden ondertussen al tien prototypes gebouwd. Het centrale element binnen het Performance-gamma is een nieuw type van isolerende wand waarbij maximaal gebruik wordt gemaakt van de isolerende kwaliteiten van lucht. Deze VIP-technologie (Vacuum Insulated Panel) is goed voor een isolatiewaarde van 0,27. De gebruikte panelen zijn volgens Chereau tot tien keer dunner dan panelen uit polyurethaan. Op die manier zorgt deze technologie voor een brandstofbesparing van ca. 20% in de koelgroep. Bovendien wordt de levensduur van de kast zelf verlengd (ATP-garantie van 15 jaar).

En dan is er waterstof natuurlijk. De resultaten met het eerste prototype, Chereau Road, waren veelbelovend. In die mate dat er twee nieuwe prototypes worden gebouwd (één voertuig wordt ondertussen getest bij Delanchy) en dat er al beslist werd om het nieuwe gamma een naam te geven: de Hydrogen Power H2.

De installatie levert momenteel één ton aan extra gewicht op: de waterstoftanks zijn geplaatst tussen de langsliggers van het onderstel en één of meerdere brandstofcellen zorgen voor de nodige energie die wordt opgeslagen in bufferbatterijen. Deze energie wordt gebruikt voor de voeding van de koelgroep. De autonomie ligt op minstens twee dagen voor het transport over lange afstand en één dag in het distributieverkeer als de deuren meerdere keren per dag open en dicht gaan.

“We zien niet onmiddellijk een businessmodel voor dit type koeloplegger, maar de eerste testresultaten sterken ons in onze overtuiging dat de gebruikskosten onmiskenbaar zullen zijn. De verschillende Europese projecten ter ondersteuning van waterstof kunnen ervoor zorgen dat de meerprijs met 53 tot 73% gecompenseerd kan worden. Ook de bevoorrading kan worden verzekerd dankzij de plannen rond H2-corridors, waaronder de corridor tussen Vlaanderen en het zuiden van Spanje,” zegt Damien Destremau.

Ondanks deze vooruitzichten is het niet ondenkbeeldig dat kleine kmo’s niet onmiddellijk toegang zullen krijgen tot deze technologie. Het houdt Chereau echter niet tegen om de ambitie uit te spreken dat 30% van de verkoop van opleggers tegen 2030 op het conto van de waterstoftechnologie zal staan. De nieuwe oplossingen zullen vanzelfsprekend te zien zijn tijdens de beurs Solutrans 2021 in Lyon.

As met energierecuperatie: nog even geduld…

Assen met energierecuperatie zijn een belangrijk element in de decarbonisatie van het koeltransport. Het prototype dat momenteel wordt uitgetest bij Delanchy is trouwens uitgerust met dit type as. Los van de prijs en het gewicht is er voorlopig nog geen sprake van een Europese homologatie. Enkel Nederland heeft dergelijke assen al gehomologeerd voor gebruik in het nationaal vervoer (het feit dat Valx één van de pioniers is in deze technologie, is hier ongetwijfeld niet vreemd aan).

lees ook

Aankomende Events

ONTVANGT U ONZE WEKELIJKSE NIEUWSBRIEF NOG NIET? MELD JE DAN NU AAN!

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.
transport media logo