Met een wagenpark van 2.541 dienstvoertuigen is de Vlaamse distributienetbeheerder Fluvius een grote speler op de markt van de lichte bedrijfsvoertuigen. Onlangs wonnen ze ook de prijs van Best Fleet Owner VAN 2022. “Als netbeheerder hebben wij een maatschappelijke rol om onze vloot zoveel mogelijk te vergroenen”, zegt Dries Dennequin, diensthoofd Bedrijfsvoertuigen & Leasingwagens. “We begonnen in 2013 met CNG-wagens en sinds 2017 hebben we ook elektrische voertuigen in onze vloot.”

Fluvius is in Vlaanderen eerst en vooral een netbedrijf: Fluvius bouwt en beheert overal in Vlaanderen de netten die elektriciteit, en aardgas tot bij je thuis, op kantoor of in de sportclub brengen en openbare verlichting. Op veel plaatsen heeft het bedrijf ook het net voor telecommunicatie, riolering en warmte onder zijn hoede. Fluvius beheert dus een brede waaier aan nutsvoorzieningen. “Wij sluiten zowel particuliere als professionele klanten aan op onze netten en verwerken de meterstanden”, zegt Dries. “En daarnaast zijn we in noodgevallen ook energieleverancier, als klanten tijdelijk geen stroom of gas meer krijgen van hun leverancier.”

Om die taken uit te voeren, heeft het bedrijf 5.300 werknemers waarvan er 2.400 dagelijks onderweg zijn. “Afhankelijk van hun functie gebruiken ze daarvoor kleine personenwagens, lichte bedrijfsvoertuigen of kleine vrachtwagens”, zegt Dries. “Het voertuig mag niet te groot maar ook niet te klein zijn: het moet het juiste voertuig zijn met de juiste inrichting. Voor eenzelfde functie kan een collega die vaak in de stad werkt, opteren voor een Ford Transit,terwijl  andere collega’s kunnen gaan voor de zwaardere Iveco Daily.”

“80/20-regel”

De voertuigen zijn dus op maat gemaakt van de man of vrouw die er mee werkt. Al zijn er beperkingen. “We hanteren de 80/20-regel”, zegt Dries. “Voor 80 procent moeten de voertuigen uniform zijn, voor 20 procent kunnen ze aangepast zijn aan specifieke noden. De wagens moeten immers ook kunnen worden doorgeschoven naar een andere regio of een andere werknemer als dat nodig is.”

Voor de bestellingen werkt Fluvius met openbare aanbestedingen. “Maar de prijs is slechts een onderdeel”, zegt Dries. “Het is niet zo dat we zomaar het goedkoopste voertuig kiezen. Zo zijn de Total Cost of Ownership (TCO) en duurzaamheid belangrijk maar ook de feedback van een team van 25 werknemers die de voertuigen testen en ze scores geven.”

Onderhoudscontract over lange termijn

Via de aanbesteding viel de keuze op merken als Citroën, Peugeot, Iveco en Ford. Voor specifieke toepassingen heeft Fluvius ook de Mercedes Sprinter met lift (5,5 ton) en vrachtwagens van MAN, DAF en Iveco. “Onze wagens doen relatief weinig kilometers per jaar – zo’n 18.000 – zodat we ze afschrijven op 8 à 9 jaar voor de voertuigen tot 3,5 ton. Voor de vrachtwagens is dat 11 jaar.”

Voor het onderhoud gaan de aangekochte wagens naar erkende dealers. “Sinds kort zit ook een onderhoudscontract in de aanbesteding”, zegt Dries. “We merken dat de elektronica van de voertuigen steeds geavanceerder wordt en met een onderhoudscontract hebben we meer zicht op de te verwachten kosten. Maar het is niet evident om voor onze lange looptijd ook een onderhoudscontract te krijgen.”

Elektrificatie

Bijna alle voertuigen hebben een vaste chauffeur die het voertuig ook mee naar huis neemt. Voor wie geen dienstvoertuig of geen salariswagen heeft, zijn er ook reservatievoertuigen. Die gebruiken werknemers om zich tijdens hun werk te verplaatsen. Bij de salariswagens is al 60 procent of elektrisch of plug-in maar ook bij de kleinere dienstwagens gaat Fluvius nu een proefproject doen met volledig elektrisch aangedreven bestelwagens. “Als netbeheerder elektriciteit hebben we een voorbeeldfunctie”, zegt Dries. “De technicus is dan een ambassadeur voor elektrisch rijden. Voor de professionele klanten is het dan weer interessant dat we onze ervaring met elektrische bestelwagens kunnen delen.”

Toch zijn er nog enkele hinderpalen. Fluvius installeert ook bij de werknemer thuis een wallbox met een intelligente laadfunctie die weet wanneer het juiste moment gekomen is om de auto op te laden. “Dat zorgt ervoor dat de elektrische installatie niet nodeloos verzwaard moet worden”, zegt Dries. “Op onze parkings hebben we nu 200 laadpalen en die willen we de volgende jaren uitbreiden naar 600.”

“Voor de technici die met een grote bestelwagen rijden is het minder eenvoudig. Niet ieder voertuig kan bij het huis van de werknemer geparkeerd worden om het op te laden. Daarom staan we steeds in nauw contact met de constructeurs om zo de evolutie in de markt op te volgen. We zouden toch een actieradius van 280 km moeten hebben en een laadvermogen van 900 kg.”

Totaalgewicht

Een mogelijke oplossing zou zijn dat de overheid voor de bestuurders met een rijbewijs B het maximaal totaalgewicht voor elektrische bestelwagens optrekt, zodat het niet beperkt blijft tot 3,5 ton zoals nu het geval is. Voor de bestelwagens van Fluvius die ook een accu hebben voor de werktuigen, zoekt Fluvius elektrische voertuigen waarbij ook die aparte batterijen mee kunnen worden opgeladen als het voertuig wordt opgeladen of een voertuig met zonnepanelen dat die extra accu’s oplaadt. “Want het zou toch vreemd zijn dat een technicus met een elektrische bestelwagen arriveert en dan een elektrische groep met verbrandingsmotor moet opstarten om met zijn elektrische toestellen te kunnen werken”, zegt Dries.

Een andere hinderpaal is het opvolgen van het verbruik van een elektrisch voertuig omdat de chauffeur bij het opladen kilometerstand niet ingeeft. “Daarom zou het handig zijn als de constructeurs ons data bezorgen om het verbruik van de voertuigen op te volgen.”

“Van de voertuigen met verbrandingsmotoren monitoren we nu ook het verbruik en we proberen dat te verminderen. Natuurlijk moet je er rekening mee houden met het type voertuig en het werk dat er mee gedaan wordt. We merken wel nu we overstappen naar automaten dat er rustiger en zuiniger wordt gereden. Omdat onze voertuigen uitgerust zijn met parkeersensoren en camera’s zijn er ook minder schadegevallen. We willen nu nog een stap verder gaan en onze jonge bestuurders, die met een bestelwagen rijden een rijvaardigheidscursus te laten volgen.”