Schoenen Torfs verkoopt jaarlijks 2,6 miljoen paar schoenen via haar logistieke centrum in Temse en haar 76 winkels. De dagelijkse distributie naar de winkels verzorgt het bedrijf nog steeds zelf. Zes nieuwe Scania P220 bakwagens zijn de eigen vloot komen vervoegen.
Schoenen Torfs is nog steeds een familiaal bedrijf en viert zijn 75ste verjaardag. Het bedrijf staat bekend als één van de beste werkgevers van België en kreeg ook dit jaar het ‘Great Place to Work’-certificaat, voor de elfde keer al! “Schoenen Torfs staat ook voor duurzaamheid. Het verbruik was voor ons één van de grote criteria, wat zeker in de huidige tijden geen grote luxe is. Overschakelen op elektrische vrachtwagens is op ecologisch vlak waarschijnlijk een ideale situatie, maar voor het rijbereik is diesel op dit moment voor ons nog de meest haalbare kaart,” aldus Geert Vercauteren, Warehouse & Fleet Manager bij Schoenen Torfs. “De module voor de Driver Services van Scania is sowieso voorzien in de vrachtwagens, dus we kiezen ervoor om een abonnement te activeren voor tracking & tracing en de opvolging van het verbruik, iets wat bij onze vorige vrachtwagens via een externe partner verzorgd werd. Het mooie aan dit systeem is dat chauffeurs qua verbruik een score krijgen en aanbevelingen om zuiniger te rijden. Ik ben er vast van overtuigd dat dit zal zorgen voor een soort ludieke competitie onder de chauffeurs en dat het verbruik van de vloot nog verder zal dalen.”
De zes nieuwe Scania P220 bakwagens vervangen oudere exemplaren. “Ze hebben een mooie uitrusting, met onder andere rondom luchtvering, comfortzetels, airco en navigatie. Maar ook aan de veiligheid werd gedacht, met dodehoek- en achteruitrijcamera’s. Onze vrachtwagens leveren immers vaak in stedelijk gebied, waar veiligheid meer dan ooit cruciaal is”, aldus Vercauteren. “De feedback van de chauffeurs was unaniem positief over Scania. Het merk wordt beschouwd als de Rolls-Royce onder de vrachtwagens. Aan zo’n vergelijking hangt meestal ook een prijskaartje vast, maar we waren aangenaam verrast door het competitieve voorstel.”
