Unit-T is als infrastructuurpartner van onder andere Telenet en Fluvius een grote naam in ons land. En daarbij hoort een groot wagenpark, dat gezien de activiteiten van het bedrijf zowat dagelijks in het straatbeeld te spotten valt. Gertjan Louwerse staat in voor het beheer van de vloot, van A tot Z.
Unit-T ontstond in 2018 uit een samenwerking tussen Telenet en Janssens Field Services, en is dus nog een vrij jong bedrijf. Toch is het vandaag één van de grote infrastructuurproviders in de telecom, elektrische en IT-sector, met een vloot die navenant is. “We hebben 900 voertuigen in ons park, waarvan zo’n 80% een bestelwagen is, en ook nog enkele vrachtwagens,” zegt Gertjan Louwerse, Fleet & Facility Manager bij Unit-T. “We doen het beheer volledig in-house, met een team van vier mensen dat niet alleen de vloot, maar ook onze 11 gebouwen verspreid doorheen België voor zijn rekening neemt. Een pittige uitdaging, waarbij we voor de voertuigen gebruikmaken van een vlootopvolgsysteem van XPOfleet – niet alleen voor de technische en administratieve opvolging, maar bijvoorbeeld ook voor de vergunningen en parkeertoelatingen.”
Voornamelijk Peugeot Expert
Unit-T is in Vlaanderen vooral bekend van de technische installaties die het doet voor Telenet en Fluvius, naast een reeks andere contracten. “Dat betekent dat we voornamelijk middelgrote bestelwagens in het park hebben van het type L2. Die hebben genoeg laadruimte, terwijl ze toch praktisch inzetbaar blijven in de stad,” zegt Gertjan. “We leasen al onze voertuigen over een periode van vier jaar, via Arval. Via onze internationale aandeelhouder hebben we een raamakkoord met Stellantis, dus een groot gedeelte van onze vloot bestaat uit exemplaren van de Peugeot Expert. Sinds ik twee jaar geleden begon als Fleet Manager, doen we echter regelmatig tenders om te zien of die standaardkeuze nog steeds de juiste is. Dat betekent dat we af en toe afwijken, en bijvoorbeeld ook kiezen voor Ford en Renault.”
Ombouw
De vloot van Unit-T wordt de komende maanden vernieuwd met veertig exemplaren van de Ford Transit, geleverd door Ford Feyaerts in Aarschot. “Daarvan hebben we er ondertussen al zo’n 150 in dienst. Dat zijn echt de ‘Rolls-Royces’ in het park, ze zijn immers bijzonder compleet uitgerust, omdat ze gebruikt worden als mobiel atelier, vooral voor het netwerkonderhoud in opdracht van Telenet. Bij de ombouw worden er onder andere een werkbank, verwarming, een ladderhefsysteem en rekken gemonteerd, een stevige investering. Al onze bestelwagens worden wel op één of andere manier aangepast, met de inbouw van rekken als absoluut minimum. Ook voor die ombouw tenderen we regelmatig, niet alleen op prijs, maar ook wat de service betreft. Zo kunnen we bij eventuele problemen achteraf rekenen op een snelle service. Vroeger werkten we voor de complexere ombouw sowieso met Carval, en voor het standaardwerk met Avietech, dat nu ook onze nieuwe Ford Transits ombouwt. We hebben er in het verleden al eens voor gekozen om de inbouw aan te kopen en te hergebruiken, maar dat is niet echt efficiënt wat de kosten en de tijdsbesteding betreft, en dus leasen we die nu gewoon mee,” zegt Gertjan.
Voorlopig enkel diesel
De keuze voor leasing moet de vloot ook flexibel houden, omdat er om de 4 jaar gewisseld wordt. Maar terwijl het bedrijf onder andere ook oplaadinstallaties plaatst, rijden de bestelwagens van Unit-T voorlopig nog gewoon op diesel. “Onze personenwagens worden sinds 2 jaar allemaal overgeschakeld naar 100% elektrisch. Voor onze bestelwagens zouden we dat ook heel graag doen, maar daarvoor hebben we voertuigen nodig die in de praktijk 500 kilometer ver geraken zonder op te laden. En dat aanbod is er op dit moment gewoonweg niet. Volgens de WLTP-cyclus misschien wel, maar onze bestelwagens zitten vol materiaal en zitten daarbij vaak tot bijna tegen het maximumgewicht aan. En dan verlies je heel wat rijbereik in de praktijk. Of ons dieselwagenpark geen belemmering vormt voor klantencontracten? Dat heeft al voor stevige discussies gezorgd tijdens contractonderhandelingen, maar het moet praktisch werkbaar zijn. En het kostenplaatje daarvan kunnen we niet altijd doorrekenen aan klanten. Maar de ambitie en de wil om te elektrificeren is er wel degelijk!”
Ook privégebruik
De herkenbaarheid van de bestelwagens van Unit-T en het gereedschap en materiaal dat ze vervoeren, zorgt ook voor uitdagingen. “Onze werknemers nemen hun bestelwagen ‘s avonds mee naar huis, en dat kan een diefstalrisico met zich meebrengen wat de inhoud betreft. Daarom monteren we extra beveiligingssloten die afradend moeten werken voor dieven. Een uitgebreid track & trace-systeem gebruiken we niet, onder andere omwille van de GDPR-regels. Werknemers mogen hun bestelwagen immers ook privé gebruiken. We rekenen dus op het gezond verstand van onze chauffeurs voor zowel de verkeersregels en de hoffelijkheid als de technische staat van de voertuigen. We praten ook regelmatig met onze chauffeurs, en die aspecten worden ook aangehaald tijdens bijeenkomsten. Op die manier houden we het werkbaar voor iedereen,” besluit Gertjan Louwerse.
Last mile-aanpak?
Unit-T werkt gezien de aard van de activiteiten vaak in de stad, en dat zou volgens Gertjan wel eens voor veranderingen kunnen zorgen in het park. “Op korte termijn zie ik de omvang van ons park niet meteen veranderen, maar misschien wel de samenstelling. Steden en gemeenten hebben immers plannen om in de toekomst fossiele bestelwagens te weren, dat zien we ook hier in Mechelen. Van zodra het elektrische aanbod voor ons werkbaar is, schakelen we over, maar we bekijken voor grotere steden bijvoorbeeld ook oplossingen zoals lokale hubs en van daaruit werken met bakfietsen of kleinere elektrische voertuigen.”