Joris Claes uit Tielt-Winge is een perfectionist die de details graag minutieus in het oog houdt. “Voor mij is dat een soort van sport: altijd blijven zoeken naar hoe het beter kan. Ergens een lagere prijs vinden, of een efficiëntere oplossing met minder kopzorgen, dat geeft mij een eurekamoment,” aldus de baas van Transclaes.
Zoals veel transportbedrijven is ook Transclaes een familieonderneming. De vader van bestuurder Joris Claes, Guido, begon in 1975 met een bakwagen en richtte in 1990 voor het eerst een vennootschap op. Vandaag is Guido met pensioen en rijdt zijn zoon nog slechts sporadisch zelf: “Soms spring ik eens bij om iemand te vervangen, dat is niet alleen leuk maar zo zie je ook nog eens wat er leeft. Het enige nadeel is dat al mijn papierwerk dan blijft liggen,” lacht Joris.
De bestuurder van Transclaes merkt dat hij zelf ook het beste samenwerkt met andere familiebedrijven – bijvoorbeeld hun grootste klanten Transport Van Egdom uit Heist-op-den-Berg en de Duitse logistieker Dachser. “Familiebedrijven denken meer op de lange termijn in plaats van enkel in functie van de aandeelhouders, en bovendien zijn ze meestal correct naar hun personeel en hun onderaannemers toe,” meent de CEO. “En dat geldt ook voor onze leveranciers. Zo rekenen we voor onze banden op Banden Michel uit Boortmeerbeek, en komen onze voertuigen van Aerts Trucks (DAF) of Garage De Weser – Broes (Volvo Trucks): stuk voor stuk familiebedrijven.”
Blijven sleutelen
Degelijk materiaal is volgens Claes belangrijk, ook met het oog op zijn medewerkers. “Maar ik denk dat ik qua personeelsbeleid zeker niet slecht bezig ben, want ik heb weinig verloop – een van mijn chauffeurs werkt hier al elf jaar. En recent zijn er twee voormalige werknemers (die met loze beloftes waren weggelokt) bij ons teruggekomen. Al hebben ze wel zelf de eerste stap moeten zetten om hun ongelijk toe te geven,” knipoogt hij.
Voor de Dag van de Vrachtwagenchauffeur schonk Transclaes de chauffeurs zelfs gloednieuwe werkkledij van het Duitse merk Engelbert Strauss. “Niet duurder dan Snickers en zeker zo goed,” klinkt het. “De winter kwam eraan en op de bouwwerven die we voor Van Egdom bedienen, heeft ons personeel dat toch nodig – inclusief waterdichte handschoenen om met spanbanden te werken.” En een chauffeur die goed voor de dag komt, draagt daarenboven bij aan het imago van de transporteur!
De baas van Transclaes kan zich naar eigen zeggen urenlang bezighouden met de zoektocht naar verbeteringen: van onderhoudskosten en wisselstukken via diesel tot bij banden. “Soms gaat dat over kleine dingen – zo ontdekte ik dat ik gevoelig kan besparen op ruitenwisservloeistof door een IBC-container rechtstreeks bij de fabrikant te kopen. Tegelijkertijd is goedkoper zeker niet altijd beter. Sommige mensen vinden Michelinbanden bijvoorbeeld te duur, maar die gaan gewoon langer mee. Dus je haalt het er dubbel en dik uit,” verduidelijkt Claes.
Ander en groener
Natuurlijk houdt de man ook nauwgezet het rijgedrag van zijn chauffeurs in het oog. “Schadevrij rijden en aandacht voor het verbruik gaan vaak hand in hand,” vervolgt Claes. “Het is een kwestie van beroepsernst: je moet het materiaal behandelen alsof het van jezelf is. Sommige chauffeurs zijn gewoon niet met het werk bezig, en dat merk je aan hun rijgedrag. Maar ik mag gelukkig niet klagen. Omdat ik zelf ook rijd, weet ik bovendien welke scores haalbaar zijn op het vlak van ecologie – ik probeer mijn personeel te motiveren door hun prestaties te vergelijken en te tonen hoe het beter kan.”
Claes is naar eigen zeggen niet tegen elektrificatie, maar nuanceert dat er toch nog wel wat struikelblokken zijn: “De chauffeurs kunnen hun voertuig dan bijvoorbeeld niet meer mee naar huis nemen, wat voor velen toch belangrijk is. Met het oog op een optimaal rendement zou je bovendien een vast traject nodig hebben dat bijna perfect overeenkomt met het rijbereik van je batterij. Voor Van Egdom is dat moeilijk, want om de haverklap moeten we naar een andere werf. Bij de transporten voor Dachser lijkt het al haalbaarder, maar ook daar zal het heel wat puzzelwerk vergen – en dan nog zal de klant er deels in moeten tussenkomen,” klinkt het.
Levenslang leren
“Je krijgt ook slechts subsidies voor twee elektrische trekkers, en daarna is het gedaan. Economisch gezien zijn het bovendien moeilijke tijden, dus dan ga je geen 300.000 euro aan een voertuig uitgeven,” voegt Claes toe. De transportsector blijft natuurlijk erg conjunctuurgevoelig, al is het volgens de eigenaar van Transclaes wel een voordeel dat hij kan bogen op de jarenlange ervaring van het familiebedrijf. “Je hebt alles al eens gezien, dus je kan beter inspelen op wat er gaat komen en je weet welke valkuilen te vermijden. Zo hebben we al chauffeurs gezien die op zichzelf wilden beginnen en vervolgens een veel te dure trekker kochten – dat is zelden een goed idee.”
Starters onderschatten volgens Claes ook de administratie die erbij komt kijken, een last die elk jaar alleen maar zwaarder wordt. Hoewel de voortdurende veranderingen op dat vlak inderdaad een doorn in het oog van menig transporteur zijn, probeert Transclaes ook daar te vernieuwen. “Zo kan je via Transport Academy de code 95-opleidingen digitaal bijhouden, lessen boeken en automatisch uitnodigingen versturen naar de chauffeurs,” aldus nog Claes.
Dat ook zijn personeel voortdurend moet bijleren, is ten slotte niet meer dan normaal voor een bestuurder die beseft dat het werk nooit af is. “Als iets niet werkt, moet je dat ook kunnen toegeven,” klinkt het nog. Of hoe een ondernemer zijn ego altijd opzij moet kunnen zetten…
Transclaes in cijfers
• Opgericht in 1990
• Hoofdzetel in Tielt-Winge (operationeel hoofdkwartier in Mechelen)
• Bestuurders: Joris Claes en Guido Claes
• Omzet van +- 600.000 euro in 2023
• Wagenpark: 8 trekkers