Transport Meers

Meers Transport: Optimalisatie na de groei

De jongste jaren heeft Meers een forse organische groei gekend, maar kwam eveneens in de kijker door vier overnames. Nu is het tijd voor een zekere stabilisatie en het creëren van synergieën. Wat de bedrijfsleiders overigens niet belet om te kijken naar de toekomst van het wegtransport.

Moors-Thijs in 2018, Kusters in 2019, de transportactiviteiten van Marc Hermans in 2020 en Crijns in 2021: Meers Transport heeft zich gesetteld in de club van de ‘meer dan 100 vrachtwagens’ in België. Dat is een mooie evolutie voor het bedrijf opgericht door de vader van Xavier en Olivier Meers, de huidige aandeelhouders. Het Limburgse bedrijf is op een zeer gerichte manier gegroeid, zegt CFO Jan Rondas, die sinds april 2016 actief is in de onderneming.

Nieuwe strategie

Jan Rondas: Ik kom uit de economische en financiële wereld. In 2016 zijn we gestart met een nieuwe strategie. De eerste beslissing was dat het bedrijf niet verkocht zou worden. Daarna stelde zich de vraag van het internationaal transport. Was het noodzakelijk die activiteiten stop te zetten? We hebben toen besloten om door te gaan voor onze bestaande, goede klanten en voor ondernemingen die accepteren om de prijs te betalen voor kwaliteit. Het gaat voornamelijk om bulktransport naar het zuiden van Frankrijk, wat we realiseren via ons filiaal MITL. Parallel daarmee hebben we een nationale transportservice ontwikkeld met toegevoegde waarde.

Voelt u ook de gevolgen van de economische heropleving?

Jan Rondas: Jawel, en dat in alle sectoren. Het is soms zelfs een beetje teveel. Een van de activiteiten die het bijzonder goed doet, is het multimodaal transport: onze voertuigen laden en lossen bulk direct aan het Albertkanaal en leveren ‘just in time’. Naast het transport met kippers hebben we ook het transport met walking-floors uitgebreid en ook het bulktransport met zelflossende opleggers en kranen, terwijl we ook doorgingen met het transport van scheepscontainers, wat de historische activiteit was van Kusters, die we twee jaar geleden hebben overgenomen.

Heeft Meers na al die overnames nu de ideale omvang bereikt?

Jan Rondas: We bevinden ons vandaag in een vrij comfortabele positie. Wij zoeken niet meer naar nieuwe overnames, maar mocht een mooie gelegenheid zich voordoen, dan sluiten we een discussie niet uit.

Meers Transport

De continuïteit waarborgen

Bleven de bedrijfsleiders van de ondernemingen die u heeft overgenomen op post?

Jan Rondas: Inderdaad. Jef Moors is nog altijd actief op het terrein, net als de broers Kusters en de broers Crijns. Voor Kusters hebben we ook nieuwe voertuigen aangekocht in hun kleuren, maar het is dan ook een zeer specifieke activiteit. De verschillende ondernemingen blijven werken onder hun eigen naam en het is enkel Moors-Thijs dat we hebben samengesmolten met Meers Transport.

Het is dus gedaan met de overnames waarbij het hele leidinggevende team van de ene op de andere dag wordt vervangen…

Jan Rondas: Dat was belangrijk voor de klanten en voor het personeel. De klanten behouden dezelfde contactpersonen en de chauffeurs worden bijvoorbeeld geen nummers. Onze chauffeurs hebben altijd gewerkt voor een KMO en ze willen blijven werken voor een KMO. Ik ben trouwens blij dat we bij Crijns geen enkele chauffeur verloren hebben sinds de overname.

U zou dus ook geen bedrijf overnemen enkel maar om chauffeurs te vinden?

Jan Rondas: Nee. Dat is een uitdaging die we intern aangaan. Wij betalen zelf het behalen van een rijbewijs voor de jonge chauffeurs die ons willen vervoegen en die politiek heeft er al acht opgeleverd.

Waar kan u nu nog synergieën vinden tussen de verschilende entiteiten?

Jan Rondas: We gebruiken dezelfde planningprogramma’s bij Meers en Crijns, wat het mogelijk maakt pieken in de respectievelijke activiteiten gemakkelijker op te vangen. Ook de aankopen werden gecentraliseerd.

Welke plaats neemt de logistiek in binnen uw activiteiten?

Jan Rondas: Wij hebben 10 hectare voor de opslag van diverse bulkroducten (pellets, granen, harde kunststof, papierafval of boomschors). In die richting gaan ook onze volgende investeringen en dan bij voorkeur in de multimodale logistiek. In Lanaken zijn we daarvoor zeer goed geplaatst. Ik wil trouwens meegeven dat De Vlaamse Waterweg in deze regio terreinen in concessie gaat geven.

U bent ook verbonden met het spoorwegnet…

Jan Rondas: Wij hebben een concessie die nog vijf jaar lang geldig is langs de spoorlijn die in 2007 is aangelegd naar Maastricht. Maar die lijn heeft nog maar amper drie treinen zien passeren sinds die datum. Het is Nederland dat de herneming van het verkeer tegenhoudt…

Meers Transport

In afwachting van waterstof

Hoe probeert u de afgelegde kilometers minder vervuilend te maken?

Jan Rondas: Al onze trekkers zijn Euro 6. We hebben nog geen LNG-trekkers aangeschaft, want we rijden niet vaak naar Duitsland en bovendien hebben we een slechte ervaring met een vrachtwagen die we tot een dual-fuel lieten ombouwen. Wat elektrische vrachtwagens betreft, is er nog te veel onzekerheid omtrent de autonomie, het vermogen en de infrastructuur om te herladen. Moeten we 150 superladers installeren?

Is dat een realistische visie of een zeer voorzichtige?

Jan Rondas: Het zijn de grote transporteurs die het voorbeeld moeten geven, maar de hele sector zal moeten volgen. De klanten zullen het ook moeten accepteren, want het is uiteraard veel duurder om koolstofvrij te vervoeren. Wij zullen op ‘zero-emissie’ overstappen wanneer de voertuigen ons toelaten dezelfde kwaliteitsservice te leveren als vandaag.

Voor onze transporten op lange afstand kijk ik vooral uit naar waterstof, maar ik ben er ook zeker van dat bepaalde transporten op een dag op een autonome manier zullen gebeuren. De chauffeur zal dan nog enkel tussen de hubs en de op- en afritten van de snelweg rijden. Hij wordt een operator, net als de machinist van een trein.

Denkt u dat het beroep daardoor aantrekkelijker zal worden?

Jan Rondas: Toegankelijker in elk geval, maar attractiever? Misschien voor de nieuwe generatie: de chauffeurs zullen nog altijd verantwoordelijkheden hebben maar zullen minder risico’s nemen.

Wanneer denkt u dat zo’n tijdperk aanbreekt?

Jan Rondas: Dat zal tegen 2035 zijn, maar het zal complexer zijn in België, waar we een afrit van de autosnelweg hebben om de drie kilometer!

Denkt u dat een transportbedrijf in 2035 nog zijn eigen vrachtwagens zal hebben?

Jan Rondas: Goede vraag… Er komt misschien een nieuwe vorm van pooling om de vloot te beheren, verdeeld over meerdere bedrijven. Op dat moment zal het er op aan komen ons te onderscheiden. Dat zal niets veranderen aan het feit dat onze grote sterkte er in schuilt de juiste personen in het bedrijf te behouden.

lees ook

Aankomende Events

ONTVANGT U ONZE WEKELIJKSE NIEUWSBRIEF NOG NIET? MELD JE DAN NU AAN!

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.
transport media logo