[INTERVIEW] Philip Salaerts (Distrilog): “Onze meerwaarde is de link tussen logistiek en transport”

In april opende Distrilog opnieuw een magazijn in Willebroek, amper een maand na de opening van een nieuwe site in Kontich. Dat brengt zijn aantal sites op niet minder dan twintig, met een totale oppervlakte van ruim 440.000 m². De logistieke groep groeit fors… maar op kousenvoeten. Tijd voor een interview met Philip Salaerts, topman van het familiebedrijf.

Distrilog, met hoofdkwartier langs de A12 in Willebroek, is in België een van de grootste logistieke bedrijven, zeker in de sectoren retail, fast moving consumer goods (FMCG) en voeding. Een van de kenmerken is dat het prominent aanwezig is in zowel warehousing als transport en distributie.

Link2 Logistics Management: Is Distrilog vooral een logistiek bedrijf of een transportonderneming?
Philip Salaerts: Beide, maar onze oorsprong ligt in de logistiek. In 1991 begonnen we met warehousing voor kruidenierszaken en supermarkten, waarbij we voor hen ook het picken en het packen deden. Zeer snel kwam er voor hen ook de distributie bij. Beide takken zijn gelijkmatig gegroeid. De logistiek vertegenwoordigt 60% van de omzet, het transport 40%. Die verhouding is al jaren dezelfde. De groei was hoofdzakelijk organisch, maar tussen 2013 en 2017 ook extern, met de overnames van Colfridis, Forlog enSpeedcolli.

L2LM: Wat is jullie huidige aanwezigheid in België?
Ph. Salaerts: We hebben nu twintig sites, vooral binnen de gouden driehoek Brussel-Antwerpen-Gent. Daarnaast hebben we ook een magazijn in Olen, een crossdock in Jumet en een magazijn in Evergem. Vanuit onze distributie- en crossdockcentra bestrijken we heel de Benelux. Voor de distributie in het Zuiden van België en in Luxemburg werken we samen met Charlier (nu JOST) en zijn crossdock-center in Recogne. Nederland bestrijken we via het samenwerkingsverband DHB (Distributie Holland-België).

L2LM: In welke sectoren is Distrilog vooral actief?
Ph. Salaerts: De grootste sector is de retail, maar ook FMCG en food groeien sterk. In de food zijn we in 2013 met een eerste contract gestart, al waren we voordien al actief in de dranken. Vandaag kunnen de hele waaier producten aan: vers, temperatuurgecontroleerd en diepgevroren. We zijn ook aanwezig in de doe-het-zelfsector (DIY), maar die activiteit is de laatste jaren kleiner geworden. Soms moet je keuzes maken. Toch is het geen onbelangrijke tak, omdat we nog veel voor leveranciers aan de DIY-sector werken. Sinds 2016 zijn we ook actief in de chemie, met een warehouse.

L2LM: Waarom de chemie? Die sector is toch heel verschillend van de retail of de FMCG?
Ph: Salaerts: We voelden aan dat wij moesten diversifiëren. De chemie kwam in het vizier omdat wij al vrij veel knowhow in huis hadden. We haalden de tender binnen voor de uitbating van een magazijn bij het Gentse productiecentrum van een chemiegroep en namen het hele personeel over.

L2LM: Willen jullie verder uitbreiden in de chemie?
Ph. Salaerts: Waarom niet? Nieuwe contracten moeten wel passen in het totaalplaatje, waarbij we vertrekken van warehousing met daaraan – meestal – transport of distributie gekoppeld. We willen die meerwaarde kunnen bieden. Transporten uitvoeren zonder dat er logistiek bij betrokken is interesseert ons niet.
Er is wel een grote uitzondering op die regel: ons crossdockingverhaal. In fijnmazige distributie heb je veel crossdocking nodig om de vereiste dichtheid te creëren. Daar gaan we dus wel op zoek naar pure transportklanten. Dat is een dure activiteit die dikke stromen vereist. Met onze eigen warehouseklanten komen we er niet.
L2LM: Om even terug te komen op FMCG. Distrilog is daarbinnen actief zowel op het gebied van non-food als food. Waarom is het bedrijf in beide deelgebieden actief?
Ph. Salaerts: In 2009 hadden we heel veel last van de gevolgen van de financiële crisis van 2008. De daling van de activiteit was spectaculair omdat we toen maar in twee sectoren aanwezig waren: retail en DIY. Die laatste was voor ons toen zeer belangrijk. Door de crisis begonnen de consumenten fors te besparen. We hadden dus een pak minder werk. Daarom hebben we toen beslist om te diversifiëren naar meer sectoren.
We wilden zo’n moeilijke situatie in de toekomst vermijden. Van daaruit is door de familie een plan uitgestippeld. Dat is niet voor de volle 100% gevolgd, maar we hebben wel consequent gekeken naar andere sectoren en overnames om die diversificatie te ondersteunen.
Daar is als eerste FMCG-non-food uitgekomen. Voor food hadden we nog niet de kennis in huis van de specifieke ISO-normen en andere standaarden.
Ons eerste FMCG-contract was voor Henkel. Nadien hebben we ook de eerste FMCG-foodklanten binnengehaald. Eerst met ‘eenvoudige’ producten zoals koffie, dan met verse en gekoelde voedingswaren. De overname van Colfridis en zijn aanbreng van knowhow brachten deze tak in een stroomversnelling. Food is nu na retail onze tweede grootste activiteit.

L2LM: In de retail – en de voeding – groeit de e-commerce. Hoe past e-fulfilment in dit verhaal?
Ph. Salaerts: We zijn er ook in actief, met een van de grootste dark stores in België. Voor welke retailer mag ik niet zeggen. Maar ook voor verschillende andere klanten verzorgen we de e-commercelogistiek. Overigens: zowel in de logistiek als in het transport deden we al veel thuisleveringen nog voor de opgang van de e-commerce. Tijdens de eerste lockdown groeide die activiteit fors: voor sommige klanten deden we tot 80% thuisleveringen. Vaak was het in die periode zelfs moeilijk om te kunnen volgen. Vandaag is die groeispurt voorbij.

L2LM: Zou e-fulfilment één van de core businesses van Distrilog kunnen worden?
Ph. Salaerts: Wij zijn en moeten flexibel zijn en onze systemen kunnen dat aan. Als een klant e-fulfilment vraagt, dan kunnen we dat. B2C vraagt wel een heel andere manier van werken. De schommelingen van de vraag zijn van een andere orde dan in B2B, zeker omdat tussen het magazijn en de consument niemand anders zit. In de huidige arbeidsmarkt is het een uitdaging om die schommelingen op te vangen.

L2LM: Kunt u die pieken niet opvangen met meer automatisatie? Bijvoorbeeld met een Autostore of een shuttlemagazijn?
Ph. Salaerts: Dat is zeker een mogelijkheid. Momenteel bestuderen we een automatiseringsproject waarbij we een Autostore zouden gebruiken. We gaan niet over één nacht ijs. Ten eerste is het niet evident om geautomatiseerde picking te combineren met handmatige picking, wat in onze business mogelijk moet zijn. Ten tweede ben je in e-fulfilment zeer afhankelijk van de klant. Dat zet een rem op de wil om te automatiseren: wij spreken over investeringen van ettelijke miljoenen en dan moet je met de klant een langdurig contract kunnen afsluiten. Zeker in de retail is dat bijzonder moeilijk.
Daarbij komt nog dat veel klanten in onze andere sectoren het lastig hebben om de stap naar meer B2C e-commerce te zetten, want ze beconcurreren dan hun eigen B2B-klanten. Die tweestrijd heerst in veel directiekamers. Vaak blijft het dan ook eerder low profile en kunnen we moeilijk een samenwerking op lange termijn opzetten.

L2LM: De logistieke sector in zijn geheel kent een personeelstekort. Vangen jullie dat op met robotisering in de klassieke magazijnactiviteiten?
Ph. Salaerts: Voorlopig kennen we een lage automatiseringsgraad, maar daar komt verandering in: onlangs hebben we voor een klant een vrij groot project met AGV’s opgestart. Tegen februari 2024 moet het volledig operationeel zijn. Het wordt onze eerste grote ervaring in automatisatie.

L2LM: Stappen jullie niet wat laat in automatisering? In de FMCG-sector wordt die toch al een hele tijd toegepast?
Ph. Salaerts: Er zijn wel automatische magazijnen met kranen of shuttles, maar AGV’s worden nog maar weinig gebruikt. Als 3PL-er willen we niet in zo’n project met automatische kranen stappen. In de 3PL neem je een te groot risico als je die investering voor één klant moet doen en je niet zeker bent van heel langdurig contract van tien jaar en meer.
Als één van de kranen in panne valt, valt de hele gang stil. In de FMCG kun je je dat niet veroorloven. AGV’s zijn veel flexibeler. Als een contract gedaan is, kun je ze gemakkelijk verplaatsen en in een ander magazijn inzetten, zelfs met een ander type goederen. Als een AGV stuk is, zet je die aan de kant, de rest van de toestellen kan gewoon verder werken. Worst case kun je die manueel inzetten, maar dat is niet de bedoeling.

lees ook

Aankomende Events

ONTVANGT U ONZE WEKELIJKSE NIEUWSBRIEF NOG NIET? MELD JE DAN NU AAN!

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.
transport media logo