Met 6.973 geregistreerde lichte bedrijfsvoertuigen in april, komt de totale verkoop voor de eerste vier maanden van 2021 op 29.332 stuks, 0,6% meer dan in dezelfde periode van 2019. Een vergelijking met 2020 (+42,3%), toen de markt vanaf midden maart af te rekenen kreeg met de sluitingen van dealers, heeft weinig zin. Toch schuilt er een addertje onder het gras bij die positieve cijfers…

De stijging met 0,6% kan goed nieuws lijken, maar toch geeft het een vertekend beeld. De vraag is immers groter, zegt ook gespecialiseerd voertuigverhuurder Fraikin, maar de leveringen volgen niet hetzelfde ritme. Dat komt onder andere door het chiptekort dat de zowat alle sectoren treft, maar ook door foute strategische beslissingen. Zo zorgde een verlaagd productieritme in combinatie met een onverwachte en explosieve heropleving van de vraag naar lichte bedrijfsvoertuigen in het laatste trimester van 2020 voor langere leveringstermijnen. Bovendien bouwde de sector de productie van modellen die voldoen aan de Euro 6D Temp emissienorm af, uit schrik om ze niet meer verkocht te krijgen vanaf 1 januari 2021, wanneer nieuwe emissienormen van kracht werden. Daarnaast investeren constructeurs minder in de ontwikkeling van dieselmotoren voor personenwagens, waarmee veel lichte bedrijfsvoertuigen hun techniek en productie vaak delen. Een productiecapaciteit die bovendien op een lager pitje staat gezien de beperktere vraag naar personenwagens.

Fraikin ziet tenslotte ook de levertermijnen voor professionele toepassingen zoals een ingebouwde koeling oplopen. Het verwacht wel dat de situatie binnen enkele maanden normaliseert, maar ziet op dit moment de keuze voor voertuigen met zo weinig mogelijk elektronische uitrusting als de beste oplossing om levertermijnen te beperken.