IOK Afvalbeheer: “Afvalstromen maximaal via het water beheren”

Jaren geleden besloot de Kempense intercommunale IOK gebruik te maken van de twee kanalen in haar regio als alternatief voor het obligate wegverkeer. Er werd in de infrastructuur geïnvesteerd en het tonnage dat van de weg gehaald werd, steeg jaar na jaar. Een case study.

IOK (en IOK Afvalbeheer) is dé intercommunale voor de Kempen. Ze bestrijkt een gebied van Mol tot Nijlen of, bekeken op een noord-zuid-as, van Hoogstraten tot Heist-op-den-Berg. 29 gemeenten in totaal, goed voor iets meer dan een half miljoen inwoners. Er zijn sites in Beerse, Geel en Mol, en alle drie liggen ze aan het water – niet toevallig natuurlijk.

Fundamentele vragen beantwoorden

“We hebben het geluk dat het Albertkanaal dwars door onze regio loopt”, legt Thomas Van Nooten, Diensthoofd Afvalverwerking & Patrimoniumbeheer van IOK, uit. “Daarnaast hebben we het kanaal Dessel-Schoten dat als een halve cirkel door het noorden van ons gebied loopt én op twee plaatsen met het Albertkanaal verbonden is – de kaart zegt alles. Vroeger leefde de idee dat alle transport van afval met vrachtwagens diende te gebeuren. Vandaag maken we maximaal gebruik van het water als alternatief. En de ambitie is dit aandeel verder te optimaliseren.”

“We pakten de dingen geleidelijk aan, te beginnen met het Milieubedrijf van Mol dat in 2008 als eerste aan het water gebouwd werd”, aldus Van Nooten “De overige vestigingen zouden volgen. Toch gingen de dingen niet zonder slag of stoot. Er stelden zich enkele fundamentele vragen: welke schepen gebruiken? Hoe ze laden? Welk type container inzetten? Wat het eerste betreft hebben we gekozen voor een schip waarmee 13 containers geladen kunnen worden. Grotere schepen kunnen meer containers laden, maar die passen dan weer niet in het kanaal Dessel-Schoten, dat niet de afmetingen van het Albertkanaal heeft.”

10 ton per container

“Als ladingdragers opteerden we voor twee types containers. Zo beschikken we over 48 perscontainers, waarbij het afval er langs de voorkant – de naam verraadt het al – ingeperst wordt. Daarnaast hebben we nog eens 86 containers met hydraulisch dak. Qua capaciteit zijn ze identiek: 27 m³, goed voor ongeveer 10 ton lading per stuk. Maar misschien een van de moeilijkste knopen om door te hakken was de wijze waarop geladen en gelost werd, zeker omdat de kosten hiervan een weerslag hebben op het rentabiliteitsplaatje. Men kan laden en lossen via een reachstacker, wat misschien het meest vertrouwde zicht oplevert. Maar dat is ook duur. Goedkoper voor onze volumes, en daarom kozen we er ook voor, is gebruik te maken van een containerhaakwagen die de container autonoom op het schip plaatst. Dit voertuig kan ook voor andere activiteiten dan het laden/lossen aangewend worden, optimaal gebruik dus. Het spreekt voor zich dat de totstandkoming van de kade-infrastructuur een behoorlijke investering is geweest. Deze kan ook door andere bedrijven of organismes gebruikt worden. De kades kwamen tot stand dankzij een publiek-private samenwerking (PPS), waarbij wij 20% voor onze rekening namen en de Vlaamse Waterweg instond voor de overige 80%.”

6.000 vrachtwagens van de weg

“Uiteraard kunnen vrachtwagens gezien ons takenpakket nooit helemaal uitgesloten worden”, benadrukt Thomas Van Nooten. “Toch slagen we erin om jaar na jaar een hoger tonnage over het water te vervoeren. Je ziet de curves systematisch stijgen. Tellen we alle trajecten in de verschillende richtingen op, dan spreken we sinds 2016 over enkele duizenden ton. Zeker sinds we in 2019 met het watertransport van GFT- afval van Mol naar Beerse van start gingen, piekten we. Alles samengeteld zijn we vorig jaar op 45.000 ton uitgekomen, dat zijn om en bij de 6.000 vrachtwagens minder op de openbare weg. Met alle gunstige gevolgen van dien: minder verkeer, minder uitstoot, minder drukte, …”

“Rol binnenvaart in afvalsector moet tegen 2030 fors toenemen”

Met ongeveer tachtig waren ze begin december om aan het event ‘Afval in ‘Stroom’ Versnelling – Multimodaal event’ deel te nemen, een organisatie van VIL, Vlaams Innovatieplatform voor Logistiek. En dat op een plek die niet toevallig gekozen werd: Vilvoorde, vlak aan de oostelijke oever van het ABC-kanaal.

“Dat we dit event vandaag organiseren, betekent niet dat we niet al langer met de thematiek bezig zijn, alleen strooide COVID wat roet in het eten”, legt Filip Dupré, multimodaal expert bij VIL, uit. “De tijd is rijp om heel wat praktijkvoorbeelden bij elkaar te brengen, ongeacht of dit privébedrijven zijn of er een publieke achtergrond aanwezig is. De opdracht van pakweg een intercommunale die een duidelijk maatschappelijk belang dient is anders een privébedrijf met een winstoogmerk. Toch is op het vlak van activiteiten hun core business identiek. In alle gevallen draagt men ertoe bij dat heel wat verkeer van de openbare weg gehaald wordt.”

“Eerder dit jaar waarschuwde het Federaal Planbureau ervoor dat tegen 2040 een stijging van het goederenvervoer met meer dan 20% verwacht mag worden. Slagen we er niet in om goederen vaker op de binnenvaart te krijgen, dan zal dit meer files veroorzaken en daalt de gemiddelde snelheid op onze snelwegen hierdoor met 10 tot 15%. Om onze opgelegde targets zoals die uit de Green Deals voortvloeien na te komen, zal een toename met 25% van het vervoer op de binnenvaart nagestreefd moeten worden. Dit gaat gepaard met meer emmissievrije voertuigen tegen 2030 of de verdubbeling van het spoorgebruik. En 2030, dat is morgen. Punt is dat vervoer over het water een steeds grotere rol speelt en moet spelen voor de 68 miljoen ton afval die in dit land jaarlijks voortgebracht wordt.”

lees ook

Aankomende Events

ONTVANGT U ONZE WEKELIJKSE NIEUWSBRIEF NOG NIET? MELD JE DAN NU AAN!

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.
transport media logo