De aankondiging van het contract tussen AB InBev en Einride heeft veel vragen opgeroepen, en het door Einride vandaag in Brussel georganiseerde evenement heeft er veel beantwoord. Te beginnen met hoe de Zweedse technologiegroep zal samenwerken met Belgische transportbedrijven.
Administratief gezien zal Einride vanaf 2023 opereren als elke andere vervoerder voor rekening van derden. “We zullen dus een transportvergunning hebben op naam van onze dochteronderneming Einride Belgium, en we krijgen ook een vergunning als transportcommissionair”, verklaart Robert Ziegler, directeur van Einride voor Europa.
De verrassing komt eerder voort uit het feit dat Einride samenwerking zoekt met andere transporteurs. “Wij leveren de voertuigen en de laadinfrastructuur aan onze klant, allemaal gestuurd en opgevolgd door ons eigen Saga-technologieplatform. Wij zullen echter zelf geen chauffeurs in dienst nemen. Daarom zoeken wij transportbedrijven die willen deelnemen aan het koolstofvrij maken van het wegvervoer. Wij verlagen voor hen de financiële drempel omdat ze de initiële kosten niet hoeven te dragen,” legt Ziegler uit. “Ik geef toe dat ik eerst wat sceptisch was, maar dit model werkt al heel goed in Zweden, waar we al voor Oatly of Electrolux werken. Dus er is geen reden waarom het niet ook in België zou werken. Zonder in dit stadium namen te noemen, bevestigt Ziegler dat er reeds gesprekken gaande zijn met Belgische transporteurs, waarbij hij verzekert dat het de bedoeling is in de eerste plaats te werken met bedrijven die reeds voor de brouwerijgroep werken.
