Gisteren heeft de Europese Commissie als onderdeel van de Green Deal een nieuw stappenplan gepresenteerd, waarin wordt uiteengezet hoe de vervoerssector moet bijdragen aan de vermindering van onze totale CO2-uitstoot. Deze strategie voor duurzame en intelligente mobiliteit gaat vergezeld van een actieplan met 82 initiatieven.

De door de Commissie beoogde maatregelen (waarover nog met het Parlement en de Raad moet worden onderhandeld) hebben gevolgen voor alle onderdelen van het ecosysteem van het wegvervoer:

• de invoering van een strengere Euro 7-norm voor de uitstoot van fijne stofdeeltjes
• de verlaging van de toegestane normen voor de gemiddelde CO2-emissies per constructeur
• een sterke stimulans om “nul-emissie”-voertuigen aan te schaffen, met name door middel van kilometerheffingen, maar ook regels voor maximumgewichten en -maatregelen. De ruggengraat van deze maatregelen zal het ‘vervuiler betaalt’ beginsel zijn.
• steun voor het opzetten van een netwerk van waterstoftankstations
• de daling van het goederenvervoer per spoor op korte termijn een halt toe te roepen, met als doel het volume van het vervoer per spoor tegen 2050 te verdubbelen
• het bevorderen van nul-emissie pakketbezorging in de stad
• het wegvervoer zou kunnen worden opgenomen in het ETS (emissiehandelssysteem), het huidige “cap-and-trade”-systeem voor bedrijven
• een einde aan alle vormen van subsidies voor fossiele brandstoffen
• de herziening van de Eurovignetrichtlijn, die hier al is besproken
• de invoering van een Europese norm voor het meten van de emissies van elke vervoersactiviteit, ongeacht de wijze waarop deze wordt uitgevoerd, om de klant transparante informatie te verschaffen alvorens een aankoopbeslissing te nemen

De reacties op dit document waren niet lang op zich laten wachten:

• de vereniging van autoconstructeurs ACEA is van mening dat de doelstellingen niet in overeenstemming zijn met de werkelijkheid…
• Hydrogen Europe juicht de holistische aanpak van de Commissie toe, maar is van mening dat het aantal tankstations dat waterstof aanbiedt, moet worden uitgebreid (1500 in plaats van 1000 in 2030).
• De IRU is van mening dat deze maatregelen vertekend zijn omdat ze alleen rekening houden met de directe voertuigemissies (“tank-to-wheel”) en niet met de volledige emissies, inclusief de energieproductie (“well-to-wheel”). Dit wordt niet als zodanig gezegd, maar het spoorvervoer, dat grotendeels geëlektrificeerd is, zou er veel baat bij hebben.
• De UETR juicht de voorgestelde maatregelen toe, maar dringt erop aan dat de eerlijke concurrentie tussen vervoerders, en met name tussen grote ondernemingen en KMOs, in stand wordt gehouden.