Dit is waarschijnlijk de laatste episode in een zaak die in april begon met een staking op een Duitse parkeerplaats: de chauffeurs die voor verschillende Poolse transportbedrijven van de Mazur-groep werkten, hebben het geld gekregen dat ze tegoed hadden en hun werkgever heeft aangekondigd dat hij geen juridische stappen meer tegen hen zal ondernemen. Er zijn nog enkele grijze gebieden in deze zaak.
Zeker is dat de chauffeurs een einde hebben gemaakt aan hun stakingsactie, die begin april begon op de in Gräfenhausen bij Frankfurt en tweeënhalve maand geleden opnieuw werd opgestart. Volgens de Europese federatie van transportvakbonden ETF hebben ze hun achterstallige loon ontvangen. De herkomst van het ontvangen geld is echter onduidelijk. Een van de onderhandelaars namens de chauffeurs (Edwin Atema) gaf dit weekend toe dat “niet al het geld uit Polen kwam”, terwijl de financieel directrice van de Agmaz / Luk Maz groep aan de Frankfurter Allgemeine Zeitung bevestigde dat de groep niets had betaald.
Bovendien hebben de bedrijven in de groep van de heer Mazur toegezegd alle strafrechtelijke klachten tegen de chauffeurs in te trekken en geen andere juridische stappen te ondernemen. Half augustus werd er een klacht ingediend wegens verduistering van activa en zelfs afpersing van geld. De Oezbeekse, Turkmeense en Georgische chauffeurs van de Mazur groep overhandigden daarom de sleutels van de 48 vrachtwagens die nog steeds vastzaten in Gräfenhausen.
Afgezien van het conflict tussen een werkgever en zijn personeel, heeft deze affaire de aandacht van het grote publiek en bepaalde politieke kringen gevestigd op de misstanden die regelmatig worden waargenomen in het Europese wegvervoer. De Europese commissaris voor sociale rechten, Nicolas Schmidt uit Luxemburg, bezocht de chauffeurs en verschillende Duitse ministers en federale instanties namen de zaak in behandeling. Het Duitse Bundesamt für Wirtschaft und Ausfuhrkontrolle (BAFA) heeft een onderzoek ingesteld naar Duitse bedrijven die gebruik hebben gemaakt van Poolse vervoerders.
Volgens Livia Spera (secretaris-generaal van de ETF) “hebben de chauffeurs uit Gräfenhausen laten zien dat wanneer werknemers zich organiseren, hun rechten eerder worden gerespecteerd. Maar ze hebben ook de kwestie van uitbuiting van onderdanen van derde landen in de wegvervoersector aan het licht gebracht en de noodzaak aangetoond van streng toezicht op hun arbeidsvoorwaarden, wettelijke status en naleving van sociale regels door vervoerders, ongeacht hun positie in de toeleveringsketen”.
