Een arrest van de Raad van State vernietigt de regeling voor de erkenning van havenarbeiders. De wet-Major, die het wettelijk kader schetst voor de organisatie van de havenarbeid, blijft overeind. Niettemin kunnen ook discussies over deelkwesties van deze wetgeving voor onrust zorgen in havenmilieus.
België is tot op de dag van vandaag deel van een steeds kleiner wordende groep van landen waarin havenarbeid wordt geregeld met een aparte, stringente wetgeving. Die zogenaamde wet-Major bepaalt onder welke voorwaarden arbeid mag worden verricht in de Belgische havengebieden. Dit wettelijke kader is al jaren een doorn in het oog van enkele grote spelers uit de Antwerpse haven, van wie Katoen Natie- topman Fernand Huts de bekendste is.
In 2016 werd in het kader van die discussie een compromis gesloten over een cruciaal onderdeel van die havenwetgeving, namelijk de erkenningsprocedure voor nieuwe havenarbeiders. De discussie had als onderwerp de al dan niet verplichte inzet van havenarbeiders in logistieke taken. Het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ) oordeelde eerder een nationale erkenningsregeling van havenarbeiders kon met als doel de veiligheid in de havengebieden te waarborgen en arbeidsongevallen te voorkomen, mits de door die regeling uitgewerkte voorwaarden en bepalingen noodzakelijk zijn voor het nagestreefde doel en evenredig zijn aan dit doel. De Raad van State oordeelt dat de bestreden (en vernietigde) regeling die toetsing niet doorstaat. Het is volgens de Raad niet voldoende duidelijk hoe de bestaande erkenningsmechanismen helpen de veiligheid te verhogen. Ook bij de objectiviteit van de erkenningscommissies plaats de Raad van State vraagtekens.
Bronnen in de Antwerpse havencommunity zijn terughoudend met commentaar. Hoewel de wet-Major als dusdanig niet in het vizier komt, weten de decision makers in de havengemeenschap maar al te goed dat raken aan de wet op de havenarbeid sociale conflicten tot gevolg heeft. In 2016 was bijvoorbeeld nog een referendum nodig om de nu vernietigde wetgeving door de havenarbeiders te laten goedkeuren.
