Elektrificatie: een harde klap voor OEMs

Op verzoek van Transport & Environment heeft Boston Consulting Group een onderzoek uitgevoerd naar de impact van elektrificatie op de hele waardeketen. T&E concludeert dat hoe sneller en krachtiger we elektrificeren, hoe meer de Europese economie zal profiteren. Een andere conclusie is dat fabrikanten van zware vrachtwagens er het meest onder zullen lijden.

Deze studie moet in zijn context worden gezien: er moeten op Europees niveau nog belangrijke beslissingen worden genomen op ten minste drie belangrijke gebieden: de CO2-emissiereductiedoelstellingen die aan fabrikanten worden opgelegd (gebaseerd op de gemiddelde uitstoot van al hun verkochte voertuigen), de Euro 7-norm en de classificatie van bepaalde energieën als klimaatneutraal. Transport & Environment voert campagne voor veel strengere CO2-normen dan die door de Commissie zijn vastgesteld (die op hun beurt strenger zijn dan die welke door de lidstaten worden aanbevolen), en roept tegelijkertijd op tot een zeer ambitieuze Euro 7-norm (maar ook hier lijkt het tij te keren). De studie die in opdracht van BCG is uitgevoerd, kan daarom worden gezien als de zoveelste lobbyoefening.

De conclusies van BCG variëren daarom naargelang het scenario van de Commissie of het scenario van T&E als basis wordt genomen. Uit deze scenario’s worden schattingen afgeleid van het aandeel van elektrische vrachtwagens in de verkoop van nieuwe voertuigen in 2030 en 2035. Deze schattingen houden geen rekening met vertragende factoren, zoals het ontbreken of de vertraging van de infrastructuur voor elektriciteitstransmissie en -distributie in Europa.

Volgens BCG en T&E heeft de Europese economie alles te winnen bij een sterke en snelle elektrificatie: het zou 32 miljard aan BBP en 30.000 banen winnen in 2035. De winst in BBP zou verdeeld worden tussen fabrikanten van vrachtwagens, fabrikanten van apparatuur, energieproducenten en installateurs van oplaadpunten. Aan de andere kant zouden de fabrikanten de grote verliezers zijn in termen van banen: 35.000 banen zouden verloren gaan als gevolg van het afstappen van verbrandingsmotoren. Dit is 14% van de huidige 244.000 banen (volgens de schatting van BCG). Volgens BCG zou deze daling van de werkgelegenheid worden gecompenseerd door een stijging van de werkgelegenheid bij Tier-1 leveranciers (+3.000 banen), op voorwaarde dat ze erin slagen de cellen, batterijen en andere elektrische motoren van morgen in Europa te produceren.

De andere banengroei zou, niet verrassend, komen van producenten/installateurs van oplaadpunten (+6.000 banen) en energieproducenten (+55.000). Dit laatste cijfer is echter afhankelijk van één cruciale voorwaarde: dat de meerderheid van de elektriciteit uit hernieuwbare bronnen in Europa wordt geproduceerd, wat meer waarde zou creëren dan het importeren van fossiele brandstoffen. Hoe dan ook, als dit zeer theoretische scenario werkelijkheid wordt, zullen er massale omscholingsplannen nodig zijn om een sociaal bloedbad te voorkomen…

Een andere conclusie van het BCG-onderzoek is dat Europese OEMs  11% van hun marktaandeel dreigen te verliezen aan nieuwkomers uit andere continenten als ze niet snel veel meer elektrische trucks verkopen (het onderzoek noemt met name Hyundai en BYD, wat plausibel is, maar ook Tesla, wat minder plausibel is omdat de Tesla-truck in zijn huidige staat niet kan worden gehomologeerd in Europa).

lees ook

Aankomende Events

ONTVANGT U ONZE WEKELIJKSE NIEUWSBRIEF NOG NIET? MELD JE DAN NU AAN!

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.
transport media logo