Envisan behandelt en recycleert baggerspecie en vervuilde grond. Deze activiteit is technologischer dan het lijkt, uiterst milieuvriendelijk en gebaseerd op multimodaliteit, met een bijzondere nadruk op binnenvaarttransport. Dimitri Descamps, Commercial Area Manager bij Envisan, vertelt ons meer over dit bijzondere bedrijf.
Envisan is de milieudivisie van Jan De Nul Group, één van de grootste baggerbedrijven ter wereld en concessiehouder van de Autonome Haven van Luik (het bedrijf is ook aanwezig in Saint-Ghislain en Lixhe). Deze divisie is gevestigd op een voormalige site van ArcelorMittal die opnieuw is ingericht en omgevormd tot een 3,5 ha groot valorisatiecentrum. Envisan heeft er van de circulaire economie zijn favoriete werkingsprincipe gemaakt. Descamps: “In 2022 hebben we 250.000 ton grond en mineraal afval gevaloriseerd. We passen twee soorten behandelingen toe voor de sanering van vervuilde grond. Te beginnen met een biologische behandeling met grondbeluchting. Eén ton aangevoerde grond is gelijk aan één ton gereinigde grond, die vervolgens wordt gebruikt voor industriële ophoging. De tweede behandeling is fysisch-chemisch wassen. Deze methode is uniek in Wallonië. We wassen tot 70 ton aarde per uur. Het proces is gebaseerd op het omzetten van aarde in slib en het isoleren van de vervuiling om tot nieuwe bruikbare materialen te komen, zoals gewassen zand of grind. Daar bevinden we ons in het hart van de circulaire economie.”
De vrachtwagen blijft onmisbaar
Vrachtwagens en schepen delen momenteel de taak om de vervuilde grond aan te voeren en na behandeling weer af te voeren. “Het hangt allemaal af van de werven en of ze al dan niet per schip bereikbaar zijn,” legt Descamps uit.
“Nu doen er dagelijks een honderdtal vrachtwagens ons terrein aan. Tegelijkertijd is de tonnage over de rivier verdrievoudigd tot 300.000 ton in 2022 vergeleken met 2021. Spoorvervoer zal binnenkort ook tot de mogelijkheden behoren dankzij een spoorverbinding op het terrein. We hebben momenteel contact met Infrabel in het kader van dit project. Via deze spoorverbinding zullen we grond kunnen aanvoeren uit het oosten van Frankrijk, Luxemburg en Zuid-België.”
Wat vrachtwagentransport betreft, gaat het altijd om bulk: vervuilde grond, circulaire materialen en afval. “In bepaalde gevallen blijven vrachtwagens onmisbaar, bijvoorbeeld in het zuiden van België. Maar ook voor alle pendeldiensten tussen de rivierkades en het verwerkingscentrum, dus voor wat gewoonlijk de eerste en de laatste kilometer wordt genoemd. Het is belangrijk deze voor- en eindritten te optimaliseren door omwegen te vermijden,” zegt Descamps. Ook moet worden opgemerkt dat Envisan de transporteurs controleert op de naleving van de veiligheids-, tonnage- en afvalregelgeving. Het bedrijf past eveneens een selectieproces toe op basis van de motorprestaties en de CO2-voetafdruk van openbare werven.
Voorkeur voor de waterweg
Wat transport betreft, geeft Envisan de voorkeur aan de waterweg. Descamps: “Envisan heeft de reflex om altijd de waterweg te overwegen voor het vervoer – voornamelijk in België – van droge of natte bulk. Vervoer over de binnenwateren biedt een aantal voordelen. Het garandeert zeer hoge input- en outputrendementen, wat het budget en de werfkosten van de eindklant optimaliseert. Daarnaast heeft dit transporttype weinig impact op de omwonenden en is de CO2-voetafdruk veel beter dan die van vrachtwagens. We hebben bijvoorbeeld de CO2-uitstoot in de toeleveringsketen op de Engie Awirs-site met 750 ton verminderd (Envisan stond er in voor de sanering van de site, N.V.D.R.), met name door 8.500 vrachtwagens minder in te zetten. De hoeveelheid grond die over het water werd vervoerd, bedroeg 220.000 ton. De binnenvaart vereenvoudigt tevens de traceerbaarheid en documentatie. Het is immers gemakkelijker om één beweging van 1.200 ton dan 40 bewegingen van 30 ton te managen. Ik zou daaraan nog de betrouwbaarheid, veiligheid en aantrekkelijkheid van dit transporttype op markten met CO2-stimulansen kunnen toevoegen. Over het algemeen staat CO2-reductie centraal bij ons. We stellen een reductie van 30% voorop.”
Maar er zijn ook obstakels voor de ontwikkeling van projecten over water, zoals Descamps aangeeft: “De waterweg is niet altijd de eenvoudigste oplossing. Er moet rekening worden gehouden met de beschikbaarheid van schepen en kades, tijdschema’s van sluizen, het niet in aanmerking nemen van CO2-indicatoren bij de gunning van contracten, de beschikbaarheid van grote havenconcessies, enzovoort.”
Waterwegen hebben echter een toekomst bij Envisan aangezien ze er nog een andere functie zullen krijgen. Envisan is immers van plan om mobiele sedimentbehandelingseenheden op binnenschepen te installeren.
De keuze van Envisan om de waterweg te gebruiken voor zijn activiteiten leverde het bedrijf de DTIM 2023 prijs op (Direction du Transport et de l’Intermodalité des Marchandises van de SPW Mobilité et Infrastructures). Die beloont een bedrijf dat zich onderscheidt op het gebied van binnenvaarttransport.
_
Envisan in ‘t kort
– Milieudivisie van Jan De Nul Group
– Drie vestigingen in Wallonië: Luik, St-Ghislain, Lixhe
– Activiteiten: milieubaggeren en sedimentbehandeling, bodem- en grondwatersanering, behandeling en valorisatie van speciaal afval en secundaire grondstoffen
– Behandelingscapaciteit: 450.000 ton/jaar
– Riviertonnage 2022: 300.000 t
– 100 vrachtwagens/dag
– Nieuw behandelingscentrum gepland in Lixhe: 200.000 ton/jaar