De Europese pick-upmarkt wordt al jaren gedomineerd door de Ford Ranger. Dat dankt hij niet alleen aan zijn kwaliteiten, maar ook door het verdwijnen van enkele concurrenten, zoals de Volkswagen Amarok. Die is nu terug om de Amerikaan het vuur aan de schenen te leggen… en Ford levert daarvoor zelf de wapens.

Om ervoor te zorgen dat de ontwikkelingskost van platformen en modellen gecompenseerd kan worden door een voldoende hoog productievolume, zijn samenwerkingsverbanden tussen constructeurs geen uitzondering. Ook grootmachten Ford en Volkswagen kondigden begin 2019 een partnership aan om samen modellen te ontwikkelen. Op bedrijfsvoertuigenvlak leverde dat al de tweeling Caddy-Transit Connect op (gebouwd door VW), en nu dus de tweeling Ranger-Amarok (gebouwd door Ford). Binnenkort komt daar nog een door Ford gebouwde VW Transporter bij.

Ford Ranger

Ford wist de afgelopen jaren meer dan een derde van de Europese pick-upmarkt te veroveren met de Ranger. Eind 2021 kondigde het merk een nieuwe generatie aan, die in het kielzog van de extreme Ranger Raptor nu eindelijk geleverd wordt. De ‘Wildtrak’ die we hier testen, is iets minder ‘wild’ dan die Raptor, maar qua looks oogt hij expressiever dan de vorige generatie. Zijn hoekige koetswerk en imposante neus lijken geïnspireerd door zijn grote Amerikaanse broer, de F-150.

Los van het design werd de wielbasis iets langer en staan de voorwielen wat meer naar voor, om te zorgen voor een betere aanrijhoek. Hij kreeg in alle richtingen een groeischeut, en dat is te merken op de weg. De 360 graden camera komt met andere woorden goed van pas. Terwijl hij in een aantal andere landen ook verkrijgbaar is met een enkele of ‘extra’ cabine, biedt Ford de Ranger in België enkel aan met een dubbele cabine.

Wat het comfort betreft, scoort de nieuwe Ranger nog beter dan zijn voorganger. Het interieur kreeg een stevige upgrade en wordt gedomineerd door een groot verticaal geplaatst centraal scherm dat de meeste knoppen vervangt. Toch voorziet Ford, in tegenstelling tot Volkswagen, nog steeds fysieke bedieningsknoppen voor de klimaatcontrole, wat intuïtiever is en bijvoorbeeld praktisch kan zijn met handschoenen aan.

Qua ophanging is de Ranger niet zo goed gedempt als de Raptor met zijn speciale schokdempers, maar lange afstanden leg je probleemloos af zonder moe te worden, en met de hulp van een stevige batterij aan veiligheidssystemen. Oneffenheden in het wegdek worden relatief goed weggevlakt, en de achteras reageert ook zonder belading niet te springerig.

En nu we het toch over de belading hebben: de Ranger kan een ton laden in zijn laadbak, terwijl hij tot 3.500 ton kan slepen. Net zoals de Amarok trouwens. We testten de Ranger Wildtrak met zijn 205 pk en 500 Nm sterke 2.0 EcoBlue diesel die (net zoals alle andere op dit moment verkrijgbare motorisaties) gekoppeld wordt aan een 10-traps automaat. Ondanks dat er ook een 240 pk en 600 Nm sterke V6 in het aanbod zit, voelt de viercilinder nooit ondergemotoriseerd aan met beperkte belading. De Ranger mikt duidelijk meer op een publiek dat werklust en praktische snufjes apprecieert, getuige de unieke uitrustingen zoals een geïntegreerde opstap voor de laadbak, een in de achterklep geïntegreerde meetlat en gaten in die klep waar je lijmklemmen in kan bevestigen. Praktisch.

Volkswagen Amarok

De Amarok verdween 2020 uit de Europese catalogus van Volkswagen. De productie stopte in Hannover, maar in Argentinië bleef het model van de band lopen voor markten buiten Europa. Voor zijn comeback werkt Volkswagen Commercial Vehicles dus samen met Ford. En die samenwerking is vooral zichtbaar in de algemene proporties van het model en de technische fiche, terwijl hij qua design een eigen karakter krijgt. Zijn neus oogt daarbij verfijnder en minder agressief dan zijn Amerikaanse broer.

En dat is ook de algemene teneur bij de Amarok, met een interieur dat je eerder verwacht in de SUV’s van het merk, meer ‘premium’. Geen zee van donkere materialen hier, maar een afwisseling van kleuren en texturen die het geheel wat luxueuzer doen ogen. Het grote centrale scherm is net als de digitale instrumentencluster identiek aan dat van de Ranger (en ook hier is er draadloze Android Auto en Apple Carplay), maar de Duitser integreert de klimaatcontrole op dat scherm in plaats van te werken met fysieke knoppen.

De Volkswagen Amarok testten we met de 240 pk en 600 Nm sterke V6. Die klinkt romiger dan de viercilinder en is gretiger bij de hernemingen, iets wat vooral bij het slepen van een zware aanhanger zijn nut zal bewijzen. Bij gelijkaardige rijomstandigheden verbruikt hij in onbeladen toestand een litertje meer dan de viercilinder. Net zoals de 2.0 liter is de Amarok (en de Ranger) uitgerust met een instelbare vierwielaandrijving die de keuze biedt uit achterwielaandrijving, vierwielaandrijving, een stand die automatisch overschakelt naar vierwielaandrijving wanneer de achterwielen niet genoeg grip hebben en een ‘low range’ vierwielaandrijving. Met de juiste banden moet je dus zowat overal geraken.

Om daarbij te helpen, beschikt de Amarok net als de Ranger over verschillende rijmodi die alle rijhulpsystemen zo configureren dat rijden in bijvoorbeeld mul zand of modder makkelijker wordt. Praktisch voor op de werf. Daarnaast vind je ook hier heel wat veiligheidssystemen die lange ritten comfortabeler en veiliger moeten maken, zoals adaptieve cruise control, een rijvakassistent en verkeersbordherkenning bijvoorbeeld, waarbij de snelheidsbegrenzer je snelheid automatisch aanpast als je dat wil.

Conclusie. Als je in de markt bent voor een pick-up, ben je bij dit tweetal sowieso aan het juiste adres. Welke van de twee je het beste zal liggen, zal vooral afhangen van je persoonlijke smaak, aangezien ze op technisch vlak zo gelijkaardig zijn.

Prijzen

De Amarok is verkrijgbaar als ‘Style’ voor een prijs vanaf € 49.045, met een meerprijs van € 1.200 voor de V6, en als avontuurlijker ogende ‘Aventura’, met een prijs vanaf € 56.695 exclusief BTW, standaard met de V6. Ford wil minstens € 44.750 voor zijn Ranger in Wildtrak-uitvoering, en € 3.200 meer voor de V6 (47.950). De luxueuze ‘Platinum’-versie (standaard met V6) kost € 50.450.

Het prijsverschil tussen de ‘basisversies’ van beide merken is vooral te verklaren door de uitgebreidere standaarduitrusting bij VW (met oa standaard een inductielader voor smartphones, Adaptive Cruise Control, een trekhaak, …). De straffe Ranger ‘Raptor’ kost minstens € 56.050 met 2.0 diesel (€ 60.350 met 292 pk sterke V6 benzine). Alle prijzen zijn excl. BTW.

Beide modellen staan opgesteld in Matexpo (de Ranger in Raptor-uitvoering).