Het Hof van Beroep van Luik heeft het Waalse Gewest veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding aan een vervoerder wiens voertuig na een controle langs de weg gedurende 48 uur werd stilgelegd. De betrokken vervoerder was door de UPTR geadviseerd.
De zaak dateert van eind 2017: bij een controle langs de weg werd door ambtenaren van het Waalse Gewest een inbreuk vastgesteld. Voordat de vervoerder van de overtreding op de hoogte was, werd geëist dat de boete onmiddellijk werd betaald en werd de vrachtwagen voor twee dagen stilgelegd.
Eind 2018 veroordeelde een eerste vonnis van het Hof van Namen de praktijken van stillegging van de vrachtwagen en de inbeslagname van zijn documenten: “De Waalse administratie heeft misbruik gemaakt van haar rechtsfunctie om een voertuig stil te leggen en heeft zich duidelijk niet gedragen zoals het een overheidsadministratie behoeft.” .
Het Waals Gewest ging in beroep, maar op 14 december 2020 bevestigde het Hof van Beroep van Luik het eerdere vonnis. Het Hof oordeelde dat de termijn voor het instellen van beroep nog niet was verstreken en dat de geldboeten derhalve niet “verschuldigd” waren. Het immobiliseren van de vrachtwagen voor een periode van 48 uur was derhalve geenszins gerechtvaardigd. Het Waals Gewest wordt daarom veroordeeld tot betaling van schadevergoeding aan de vervoerder.
“Dit tweede vonnis in hoger beroep betekent een grote overwinning voor de vervoerders en bevestigt de noodzaak aan juridische ondersteuning van onze leden op heel het Belgische grondgebied. UPTR blijft het centraal aanspreekpunt voor vervoerders en zal er ook in de toekomst niet voor terugdeinzen om waar nodig gerechtelijke stappen te ondernemen”, besluit Ronald Tiebout van UPTR.
